Stof Happen - Reisverslag uit Lalibela, Ethiopië van RB - WaarBenJij.nu Stof Happen - Reisverslag uit Lalibela, Ethiopië van RB - WaarBenJij.nu

Stof Happen

Door: Ramona

Blijf op de hoogte en volg RB

07 Februari 2014 | Ethiopië, Lalibela

In Gonder bezoeken we het oude kasteel en van daaruit reizen we noordelijk, richting Debark, om de Simien Mountains te bezoeken. Nog altijd slalommen we met hoge snelheid om mensen en vee en de Afrikaanse manier van rijden is eerst inhalen en dan kijken of dit ook daadwerkelijk kan. Het reizen is vermoeiend en overal is stof. Het kost me dagelijks bijna een uur om een borstel door mijn uitgedroogde verwilderde haar te raggen, het stof uit mijn ogen te spoelen, kleding uit te spoelen en elk item dat aan stof bloot gesteld is af te nemen met een doek en zo weer aanraakbaar te maken.

In Debark is het koud, zo mogelijk nog stoffiger en zanderiger dan op andere plekken en erg arm. Mijn indruk is dat Ethiopische mensen ondanks beperkte middelen en mogelijkheden wel actief aan zelfzorg doen en proberen zo schoon mogelijk te zijn. In Debark zien we voor het eerst veel mensen die ogenschijnlijk al weken geen wasbeurt hebben gehad. Het oogt troosteloos.
Samen met Indark onze chauffeur scharrelen we eind van de middag door de sloppenwijken. De indrukken die dit oproept vormen een mix van troosteloosheid, maar toch ook het idee dat mensen het beste maken van wat het leven hen biedt. Er wordt veel naar ons gezwaaid en geglimlacht, kindertjes willen (altijd) met ons voetballen en er worden wat woordjes in Amhari uitgewisseld. Ik ben inmiddels in staat om random woorden (soms met een ezelsbruggetje naar het spaans) zoals hallo, dag, ja, nee, we gaan, proost, vogel, vis, band, sok, kauwgom , sorry, dankjewel, kom, ga weg, tas, koffie, brood, water, koud, warm, menu, rekening en suiker zeggen en mensen reageren vermaakt als je een woordje in Amhari zegt, zelfs als de klanken er in de verkeerde volgorde uit komen.
Op momenten zoals onze wandeling door de sloppenwijken zou ik soms willen dat we de koffer met schoenen nog bij ons hadden, maar na wat wikken en wegen hebben we eerder in Addis besloten deze op te laten halen door een organisatie die steun biedt aan weeskinderen, ouderen en gehandicapten. In mijn grootheidsfantasie deelden we de schoenen persoonlijk uit (en konden we mooie foto’s maken om mensen te laten zien waar hun schoenen terecht waren gekomen), maar bij het uitdelen van het eerste pak koekjes werd al duidelijk dat er bij wat je ook uitdeelt chaos ontstaat en er ineens tientallen mensen om je heen staan die allemaal hopen op een meevallertje in hun leven.
Een koffer met schoenen in verschillende maten uitdelen, zou mogelijk leiden tot een plaatselijke burgeroorlog, dus de minder charmante maar nog altijd zinvolle manier van de hele koffer aan een organisatie geven leek ons uiteindelijk het beste idee.
In Debark bezoeken we het hoofdkantoor van het nationale park, waar we flink strijd moeten voeren, omdat we buiten entreegeld ineens verplicht worden om een scout EN een gids mee te nemen het park in en voor beide fiks te betalen. Aangezien er dagelijks ‘trucjes’ op ons worden uitgeprobeerd valt dit bij ons niet in goede aarde. We proberen te onderhandelen en uiteindelijk wordt gemeld dat het geld naar de arme families in het park zal gaan. Op zich prima, maar de plotseling ingevoerde regel is voor ons nog steeds erg onwelkom. Uiteindelijk proberen we of we mogen betalen, maar dan zonder gids en scout op pad mogen. Deze begeleiding is ons insziens nergens voor nodig en we hebben geen zin om in een auto vol mensen rond te rijden terwijl wij graag rustig om ons heen willen kijken.
We krijgen het uiteindelijk voor elkaar om met alleen een scout op pad te gaan. Vervolgens moeten we echter onderhandelen over de vertrek tijd. Wij willen om 6.00u op pad, voor de drukte uit. De scout wil echter uitslapen. Na opnieuw lichte stennis te hebben geschopt (Jason heeft nu eenmaal een overdosis temperament en het wordt al snel een ‘good cop, bad cop’ verhaal, waarbij hij frustratie toont en ik rustig blijf maar mensen wel aanspreek op hun eerlijkheid en fatsoen) wordt toegezegd dat we om 6.00u kunnen vertrekken.

De volgende ochtend staan we voor dag en dauw in de kou te klappertanden, maar om 6.30u is er nog altijd geen scout. We rijden terug naar het park hoofdkantoor, waar Indark in Ahmahri de nachtwacht wakker schreeuwt. Deze heeft een telefoonnummer dat we kunnen bellen en vervolgens wordt er aan de overkant van de weg een substituut-scout zijn bed uit getrokken.
Het vraagt wat improvisatie, maar we kunnen dus uiteindelijk op weg.
Eenmaal op weg het dorp uit, komen we onze eigenlijk ingehuurde scout tegen, die net slaperig zijn hut uit komt kruipen. Hij krijgt de auto in het oog en komt zijn plek opeisen. Er volgt een discussie over wie er mag scouten en uiteindelijk stapt de net opgetrommelde scout uit de auto en stapt de eigenlijke scout in. We voelen ons lullig, maar wat kun je doen?
Een lange onverharde weg voert het park in. We dachten armoede te hebben gezien, maar in deze dorre onherbergzame omgeving blijkt de schaarste nog een stuk intenser. Kindertjes rennen langs de weg in lompen die nauwelijks hun lichaam bedekken, terwijl wij met vier lagen kleding zitten te bibberen in de auto. Hoe komen deze families de koude nachten door?

Lege flessen gooi je hier (en overal in Ethiopie) uit te auto, want kindertjes pikken deze op en ze worden – net als alle andere plastic, karton, etc. – dankbaar hergebruikt. Er is dan ook niet of nauwelijks afval langs de weg te vinden. En het toont hoe waardevol elk klein dingetje is, als er verder niets beschikbaar is.
Na pas een week reizen, voel ik weer bewust hoe bevoorrecht ik ben om in Nederland geboren te zijn en zoveel luxe en kansen te hebben.
Hoewel ik thuis best van lekker eten houd en het soms ook moeilijk vind om mate te houden, ben ik de paar extra kilo’s die ik uit voorzorg had bijgeteten alweer kwijt. Er is simpelweg beperkt keus, maar stevig eten voelt binnen deze context op een of andere manier ook misplaatst. In een land waar weinig is, ontstaat vanzelf de neiging om zelf ook met minder genoegen te nemen. Het feit dat we elke avond het stof van ons kunnen afwassen voelt voor mij al als een privilege.
In het park komen we oog in oog met de Gelada bavianen (ook wel bleeding heart baboons genoemd, vanwege hun rode borstkas). We kunnen tot op ongeveer een meter afstand komen, voordat ze dreigend hun grote tanden tonen en het is prachtig hun gezichten van dichtbij te zien en hun bezigheden waar te nemen. Tel daarbij de uitzichten over de weidse canyon op en de tocht het park in is zonder meer succesvol te noemen.

We reizen terug naar Gonder. Een stad die ik als prettig ervaar. Naast ons hotel staan de plaggenhutten en zien we ‘s ochtends de kinderen op een emmer hun behoefte doen. Armoede en relatieve welvaart bestaan in deze stad door elkaar. Het straatbeeld is kleurrijk, het is vol scenes met opnieuw vee, mensen die met allerlei klusjes bezig zijn, spullen sjouwen, de geit wordt voor mijn neus het restaurant in getrokken, het is een brok levendigheid. Elke ochtend voel ik me wanneer ik wakker word en me realiseer waar ik ben licht geschokt bij het besef dat ik in Afrika ben, maar als ik vervolgens door de straten loop voel ik me vreemd op mijn gemak in de hectiek en geniet ik erg van alle indrukken.
Hoewel mensen ons vaak aanspreken omdat ze hopen op een gunst of handel, is er geen enkele dreiging en voel ik me hier als ik alleen op straat loop beduidend veiliger dan in Latijns Amerika.
Het reizen is vermoeiend, maar belonend. De indrukken onderweg, simpelweg vanuit de auto, zijn tot nu toe de beste. Gisteren kwam er een naar schatting drie jarig jongetje op het kleinste paardje dat ik ooit gezien heb langs draven. Extatisch naar ons lachend en zwaaiend. Zo’n indruk is voor mij genoeg om een reisdag de moeite waard te maken.
Op dit moment zijn we in Lalibela, dat bekend is om zijn clusters van uit rotsen uitgehouwen kerken. Vanmorgen vroeg hebben we deze bezocht, terwijl er overal mensen aan het bidden en priesters aan het zegenen waren. Hoewel ik geen cultuurfreak ben, geldt ook hier dat zowel de onwaarschijnlijke bouw (of dus uigenlijk houw) werken, als de scenes die zich voor ons neus afspelen indrukwekkend zijn.
De komende twee dagen zullen we terug reizen richting Addis Abababa, met geen ander doel dan daar weer te arriveren, maar met ongetwijfeld weer veel indrukken onderweg.
Na een dagje rust en uitslapen (we staan dagelijks om 6.30u op om de felle zon voor te zijn en de dag optimaal te benutten), zullen we met openbaar vervoer naar Harar gaan, omdat we het lokale vervoer ook graag mee willen maken.

Daarna gaan we opnieuw op pad met Indark om uitgebreid het zuiden van Ethiopie te verkennen.
Voor nu zeggen de rat die rond mijn voeten scharrelt en ik gedag en updates volgen weer na Harar!





  • 07 Februari 2014 - 10:19

    MaM:

    Wat een prachtig verhaal heb je weer geschreven! Wat hebben jullie al veel mee gemaakt in ♪0én week tijd. Alls meelezer voel ik me helemaal meegezogen worden in het verhaal en lijkt het alsof ik jullie daar in levende lijve zie rondlopen, onderhandelen en genieten. Nog heel veel mooie avonturen gewenst! Liefs van je mams

  • 07 Februari 2014 - 11:22

    Cora:

    Wat herkenbaar allemaal!! Ik zie het zo weer voor me!! Het wordt een reis die je nooit meer gaat vergeten. Het maakt je idd dankbaar.
    Nog een hele goede reis verder. We kijken uit naar het volgende verslag.

  • 07 Februari 2014 - 16:17

    Jan:

    Wat een belevenissen allemaal. Het is weel logisch dat ze proberen zoveel mogelijk aan jullie te slijten. Iedere cent die ze uit jouw portemonnee peuren is eten voor hen. Zal soms vervelend voelen maar heel veel kansen hebben ze niet Hoop dat jullie nog veel mooie dingen gaan zien. Knuf Jan

  • 09 Februari 2014 - 21:17

    Jolien:

    Mooi om te lezen dat jij je daar ook veilig voelt, ondanks de armoede. Ook de chaos en tegelijkertijd relaxedheid doen me denken aan Ghana, al is dat land relatief rijk en goed ontwikkeld. Goed vervolg!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Ethiopië, Lalibela

Monauke on Tour

1 februari 2008 vertrokken wij om 13 maanden lang een aantal plekken van de wereld te verkennen.
Onze reis bracht ons naar Zuid-Amerika (Argentinie, Chili, Bolivia en Uruguay), Zuid-oost-Azie (Singapore, Maleisie en Indonesie) en Oceanie (Australie, Nieuw Caledonie en Nieuw Zeeland).
De nadruk lag op natuur en buitensport.
De tocht vond afwisselend ouderwets backpackend, met een camper reizend en met auto + tent plaats.

Op deze site staan berichten over onze belevenissen en de tripjes en plannen die wij sinds onze terugkomst hebben gemaakt.

Inmiddels staan wij opnieuw op het punt om voor een jaar de wereld te gaan verkennen. Dit keer beide in solo-formatie.

Auke zal op 27 augustus naar Indonesie vertrekken voor een avontuurlijke ronde over Sulawesi, de Molukken, Papoea en misschien de Solomon eilanden.
Eind december komt hij even terug in Nederland om begin januari een solo-fietstocht door Thailand, Laos, Cambodja en Vietnam te starten.

Ramona vertrekt 30 augustus met een reisvriend op een enkel ticket naar Mexico, destination unknown. Globale doelstelling is om een ronde door Mexico te maken en daarna door Midden Amerika (Belize, Guatemala, El Salvador, Honduras, Nicaragua, Costa Rica, Panama) af te zakken naar Colombia. Geschatte terugkomst maart 2012. Wens is om daarna nog een aantal maanden richting Nepal, Bangladesh en India te vertrekken.

Verhalen volgen!

Recente Reisverslagen:

03 Februari 2019

Een nieuwe fase

19 Januari 2019

In het land van de Sultan

12 Januari 2019

2019: Een vliegende start

24 November 2018

Burka's en bikini's

14 November 2018

Het leven van alledag
RB

TRAVELING BROADENS THE HORIZON!

Actief sinds 21 Dec. 2006
Verslag gelezen: 475
Totaal aantal bezoekers 332805

Voorgaande reizen:

01 Februari 2008 - 30 November -0001

Monauke on Tour

Landen bezocht: